Wat zijn abilities 

In de abilities kaart kun je in een Kandidaatprofiel aangeven welke mogelijkheden en beperkingen er zijn. Het is tevens mogelijk per item aan te geven in welke mate dit van toepassing is. 

Abilities hebben geen invloed op de match resultaten en matchscore. 

Een kandidaat kan abilities verbergen voor recruiters. Ga naar instellingen > instellingen voor zichtbaarheid > zet het schuifje uit bij "Abilities".

Wanneer een kandidaat matcht op projecten, dan ziet deze alleen voor de in het kandidaat-profiel aangegeven abilities, of er nu wel of geen conflict is met de in een project aangegeven ability-vereisten. Deze worden in het project weergeven op de 'Vereisten' pagina. 

Wanneer een project matcht met talenten, dan zie je alleen voor de in het project aangegeven ability-vereisten en/of er mogelijke conflicten zijn met de in een talent-profiel aangegeven abilities. Deze worden weergeven in het talent profiel onder 'ability'.

Een voorbeeld

Een recruiter die een project matcht ziet dus alleen mogelijke conflicten, een talent die zichzelf matcht (of een recruiter die een volledig gemanaged talent profiel matcht) ziet ook welke abilities, die zijn aangegeven in het profiel, niet conflicteren. Bijvoorbeeld:

In het voorbeeld heeft het talent aangegeven geen volledig zichtvermogen te hebben, en maar maximaal X uur per dag te kunnen werken. In het project is aangegeven dat een talent geen volledig zichtvermogen hoeft te gebruiken, maar dat wel verwacht wordt dat deze tX uur per dag moet kunnen werken. De werktijden vormen een conflict en word weergeven in het geel, het zien vormt geen conflict en wordt weergeven in het groen. In dit voorbeeld zou de recruiter alleen de conflicten zien.

Een conflict in de abilities hoeft geen reden te zijn om een kandidaat af te wijzen en hoeft voor de kandidaat geen harde reden te zijn om niet te solliciteren op een project. Je kunt altijd in gesprek treden om de abilities nader te bespreken. 

De zes ability Categoriën

1. Sociaal functioneren:
   
1. Zien
   
2. Horen
   
3. Spreken
   
4. Lezen
   
5. Vervoer
   
6. Contact met anderen
   
2. Aanpassing aan fysieke omgevingseisen:
   
1. Hitte
   
2. Koude
   
3. Tocht
   
4. Huidcontact
   
5. Beschermende middelen
   
6. Stof, rook, gassen en dampen
   
7. Geluid
   
8. Trillingen
3. Dynamische handelingen:
   
1. Gebruik van uw hand en vingers
   
2. Gebruik toetsenbord
   
3. Reiken met arm
   
4. Buigen van het lichaam
   
5. Torderen (draaien)
   
6. Duwen/trekken
   
7. Tillen/dragen
   
8. Gebruik van voorwerpen
   
9. Zware voorwerpen gebruiken
   
10. Hoofdbewegingen maken
    
11. Lopen
    
12. Knielen of hurken
4. Persoonlijk functioneren:
   
1. Concentratie
   
2. Het kunnen verdelen van uw aandacht
   
3. Herinneren
   
4. Inzicht in eigen kunnen
   
5. Doelmatig handelen
   
6. Zelfstandig handelen
   
7. Handelingstempo
5. Statische houdingen:
   
1. Zitten
   
2. Staan
   
3. Geknield of gehurkt actief zijn
   
4. Gebogen of gedraaid actief zijn
   
5. Boven de schouderhoogte iets doen
   
6. Afwisseling van houding
6. Werktijden:
   
1. Dagdelen
   
2. Uren per dag

Heb je vragen of opmerkingen over dit artikel, of heb je een fout ontdekt? Mail naar support@8vance.com